Wanneer zijn zonnepanelen rendabel?

De energiezuinigheid van woningen is een onderwerp dat steeds belangrijker is geworden de afgelopen jaren. Anno 2018 kan je er echt niet meer omheen. Energiezuinigheid heeft enerzijds te maken met het verlagen van het energieverbruik door bijvoorbeeld goede isolatie. En anderzijds op het halen van de benodigde energie uit duurzame bronnen. Bij dit laatste wordt al snel gedacht aan zonnepanelen, die intussen al meer dan een half miljoen huishoudens (gedeeltelijk) van elektriciteit voorzien. Maar wat kosten zonnepanelen eigenlijk, en wanneer zijn ze rendabel?

Prijs van zonnepanelen

Zonnepanelen zijn de afgelopen vijf jaar sterk gedaald in prijs door goedkopere productiemethoden. Gemiddeld werden er in 2017 twaalf panelen geplaatst op een woning. Hiermee is 80 procent van het gemiddelde stroomverbruik gedekt. De kosten waren gemiddeld 4.300 euro, inclusief installatie en btw (die particulieren overigens kunnen terugvragen bij de Belastingdienst). De prijs van zonnepanelen is afhankelijk van het gekozen materiaal en het aantal panelen. Over het algemeen kan worden aangenomen dat materiaalkosten voor de panelen, omvormers en bevestiging ongeveer 70 tot 75 procent van de totale prijs bedragen. De montagekosten vormen het overige gedeelte.

Opbrengsten: Lager verbruik, salderingsregeling en vergoeding

Het laten installeren van zonnepanelen vraagt een investering. Maar deze verdien je op den duur terug doordat je minder elektriciteit van een energiemaatschappij hoeft af te nemen en bespaart op je energierekening door de salderingsregeling (tijdelijk meer opwekken dan verbruiken). Als je gedurende een heel jaar meer stroom opwekt dan je gebruikt krijg je hiervoor zelfs een vergoeding. Houd er wel rekening mee dat de huidige salderingsregeling mogelijk al in 2020 vervangen zal worden door een terugleversubsidie, en dat een vergoeding bij een overschot aan opgewekte energie haast nooit opweegt tegen de hogere aanschafkosten voor meer panelen.

Investering terugverdienen bij woningverkoop

Maar daarnaast leveren zonnepanelen nog op een andere manier geld op. Sinds 2015 heeft iedere woning een energielabel, dat kan variëren van A (meest energiezuinig) tot G. Hoewel natuurlijk ook het aantal panelen en de woonoppervlakte meespelen, kunnen zonnepanelen al snel een of twee treden op de ladder van G naar A schelen. En de voordelen van een beter energielabel: een snellere verkoop en hogere verkoopprijs. Ook op deze manier verdien je dus weer een gedeelte van de investering terug.

Het rendement en de terugverdientijd van zonnepanelen

Of zonnepanelen rendabel zijn is niet in een keer met een ‘ja’ of ‘nee’ te beantwoorden, maar afhankelijk van een hoop factoren. Een rendementsberekening of berekening van de terugverdientijd verschilt dan ook per huishouden en woning.

Zo speelt allereerst het verbruik binnen een huishouden mee, dit is gedeeltelijk afhankelijk van het aantal bewoners van de woning. Het verbruik is bepalend voor het aantal panelen, waarvan de prijs vaak minder wordt naarmate het aantal groter wordt. Hoe rendabel zonnepanelen zijn hangt naast het verbruik ook af van de prijs die je betaalt voor de elektriciteit (en bijkomende kosten voor levering). Daarnaast is het rendement van de zonnepanelen afhankelijk van de hellingshoek, plaatsing, oppervlakte en onderhoud en schoonmaak. Zo leveren zonnepanelen bijvoorbeeld het meest op als ze geplaatst zijn op het zuiden, en op een plat dak zodat de hellingshoek gedurende het jaar aangepast kan worden.

In veel gevallen wordt er over een terugverdientijd van een jaar of acht gesproken. Dit is veel korter dan de gemiddelde levensduur van 25 jaar van zonnepanelen. Houd er echter wel rekening mee dat in de genoemde terugverdientijd niet altijd kosten voor onderhoud en schoonmaak zijn meegenomen, en dat omvormers gemiddeld na tien jaar vernieuwd dienen te worden.